Algemene info over de stad
De stad Zwolle in beeld en in tekst!
Brede informatie over de website!
Wilt u een foto bestellen?
Links naar interessante websites!
Naar Foto's van Zwolle
Naar Zwolse herinneringen
Het noaberschap(nabuurschap), een oud gebruik, leeft in sommige streken van ons land nog steeds. In Twente bijvoorbeeld. “De Tukker houdt van saamhorigheid en oude gebruiken, die dat tot uitdrukking brengen,” schreef Prof. J. Waterink, zelf uit Twente afkomstig, destijds. “Tukkers, zij leven, hoe modern en werelds ze ook zijn, bij voorkeur in eigen kring, de familie, de noabers, de dorpsgemeenschap,” voegde hij eraan toe.
Twentenaren zijn ook trots op hun eigen taal en cultuur.
Mijn wieg stond in Spoolde. Wij kenden in onze buurtgemeenschap in de vijftiger jaren ook een vorm van noaberschap. Dat was een morele verplichting om de buren met raad en daad bij te staan. Die verplichting gold in de eerste plaats de ‘noaste noaber’, de buurman. Zo herinner ik mij, dat in de hooitijd de buren de boeren bijsprongen. Haast was dan meestal geboden. Mijn vader, en hij niet alleen, heeft herhaaldelijk zijn diensten aangeboden aan onze buurman, Piet Boer.
En wij, als schooljongens, deden daarvoor niet onder. Zo weet ik nog goed, dat wij boer Wijs hielpen bij het wieden van de akkers en boer Aalbers bij het voeren van de koeien. Boer Aalbers had een aardige knecht met wie wij goede maatjes waren. Als tegenprestatie leerde hij ons paardrijden.
Op de boerderij van Van den Berg brak eens een brand uit in de hooiberg. De brandweer was lang onderweg. De buurt kwam, onder leiding van de heer Zwiersen, eerder in het geweer en hielp de brand blussen.
Spoolde kende zeker saamhorigheid.
Toen mijn ouders 25 getrouwd waren, werd het feest bij ons thuis gehouden. De hele voor hen bekende buurt was uitgenodigd. De dames aan de boerenjongens en de mannen dronken ouwe klare. Allebei nogal pittig. Bier was er in die tijd nog niet bij.
Je ging bij bezoek ook altijd achterom, nooit via de voordeur en je riep dan ‘volk’. Dat was de gewoonte.
Mijn vader speelde in die tijd soms voor kapper. Dat ritueel vond meestal buiten plaats. In een mum van tijd stonden de buurjongens in een rij, om ook geknipt te worden. Dat was niet zo ingewikkeld, we kregen allen een ‘pony’.
Blije zaken als geboortes deden snel de ronde.
Ook aan droevige zaken werd veel aandacht besteed. Wanneer een buurtgenoot overleden was, kwam de aanzegger langs. Bij de boeren gingen dan de luiken voor de ramen. En de nabestaanden droegen een jaar lang een zwarte rouwband om hun arm.
Mijn ouders liggen begraven op de begraafplaats Voorst. Ik weet, dat boer Wijs ervoor geijverd heeft, dat Spooldenaren daar een laatste rustplaats konden krijgen.
Spoolde had en heeft eigenlijk geen kern, geen markt, school of kerk. Wel een gebouw, ‘Eben-Haëzer, waar veel verenigingsactiviteiten plaatsvonden, zoals zang, voor jong en oud, muziek, zondagsschool, zelfs één keer in de zoveel tijd kerkdiensten. Dan ging ik soms met mijn vader mee.
De mannen en jongens zaten toen naar traditioneel gebruik aan de linkerkant, de vrouwen en meisjes aan de rechterkant. Al die activiteiten waren wel samenbindend.
De meeste Spooldenaren, als ze van het geloof waren, waren protestant. De verenigingen waren dan ook bijna allemaal van protestantse origine. Het was weliswaar de tijd van de verzuiling, maar in Spoolde waren wij de verzuiling voorbij. Je was er gewoon voor elkaar.
Wij spraken thuis een dialect. Dat heeft mij later wel geholpen toen ik een baan kreeg in de plattelandsgemeente Dinxperlo om de mensen, die half Duits, half Twents spraken, goed te verstaan. De band met je geboorteplaats is vaak zo sterk, zo bleek uit een onderzoek, dat mensen op oudere leeftijd vaak weer de taal van de buurtgemeenschap, waar hun roots liggen, gaan spreken.
Ook is het mij opgevallen, dat, Spooldenaren die naar elders vertrokken, vaak aan de periferie van de stad gingen wonen, omdat ze de ruimte gewend waren.
Ik krijg in Spoolde nog altijd een soort van thuisgevoel. Iemand heeft eens gezegd, dat dit je helpt om authentiek, dicht bij jezelf, te blijven.
Noaberschap, ik bewaar er warme herinneringen aan.
Mijn indruk is, dat dit niet wezenlijk veranderd is. Bij de Nieuwjaarsreceptie merk ik in ieder geval, dat de Spooldenaren ook nu nog voor elkaar klaar staan. Je proeft de gastvrijheid en de vriendschap.
Bert Jansen,
geb. Nilantsweg nr.77 in Spoolde